Noord-Holland MIO fase 2

Bevat 2 hoofdstukken met in totaal 48 figuren.

Quiz Noord-Holland MIO fase 2

Klik op onderstaande titels om de hoofdstukken te openen, vervolgens op de paragrafen om de figuren te tonen.

Quiz hoofdstuk 5

Quiz paragraaf 5.8
5.8.2
De stenen binnenkruier

Fig. 5.8.2.1

Voorbeeld van een kruiwerk zoals toegepast in een torenmolen

5.8.3
De houten binnenkruier

Fig. 5.8.3.1

Kruiwerk van een binnenkruier

Fig. 5.8.3.2

Bezet- en doodketting

5.8.6
Kruilieren

Fig. 5.8.6.1

Voorbeelden van kruilieren

Quiz paragraaf 5.9
5.9.2
Kruiwerken op bovenkruiers

Fig. 5.9.2.1

Voorbeeld van een rollenkruiwerk

Fig. 5.9.2.2

Engels kruiwerk

Fig. 5.9.2.3

Neutenkruiwerk

Fig. 5.9.2.4

Voeghoutenkruiwerk

5.9.3
Zetelkruiwerken

Fig. 5.9.3.1

Zetel en pen van het kruiwerk van een standerdmolen

Fig. 5.9.3.2

Onderzetel met voegburrie

Fig. 5.9.3.3

Bovenzetel met steenburrie

5.9.4
Het kruiwerk van de paltrok

Fig. 5.9.4.1

Kruiwerk van de paltrok

Quiz hoofdstuk 6

Quiz paragraaf 6.1
6.1.1
De bovenas

Fig. 6.1.1.1

Het pothok

Fig. 6.1.1.2

Houten bovenassen

Fig. 6.1.1.4

Houten bovenas met insteekkop

Fig. 6.1.1.9

Penlagers

6.1.2
De koningsspil

Fig. 6.1.2.1

Bovenlagering van de koningsspil

Fig. 6.1.2.2

De poortstokken

Fig. 6.1.2.3

Onderlagering van de koningsspil

Quiz paragraaf 6.2
6.2.1
Houten roeden

Fig. 6.2.1.1

Houten en ijzeren roeden

Fig. 6.2.1.2

Het haspelwiekenkruis

Quiz paragraaf 6.4
6.4.1
Zelfzwichting

Fig. 6.4.1.1

Zelfzwichting

Fig. 6.4.1.2

Askop met spin

6.4.2
De Dekker wieksystemen

Fig. 6.4.2.1

De Dekkerwiek

Fig. 6.4.2.2

De spleetwiek

6.4.3
De Van Bussel-stroomlijnroede

Fig. 6.4.3.1

De Van Bussel stroomlijnneus

6.4.4
De Fokwiek

Fig. 6.4.4.1

De fokwiek

6.4.7
Het Ten Have-wieksysteem

Fig. 6.4.7.1

De Ten Haveklep

Fig. 6.4.7.2

Zwichtboom achter op de kap

Fig. 6.4.7.3

Bediening met zwichtboom

Fig. 6.4.7.4

Bediening met tandheugel

6.4.8
Remkleppen

Fig. 6.4.8.1

Rem- en regelkleppen

Quiz paragraaf 6.5
6.5.2
De bonkelaar

Fig. 6.5.2.3

Aandrijving voor een vijzel met zwaar en licht werk

Fig. 6.5.2.4

Dollenwiel

6.5.3
De schijfloop of het rondsel

Fig. 6.5.3.3

Rondsel met schietstaven

6.5.5
Het sterrewiel of varkenswiel

Fig. 6.5.5.1

Voorbeelden van sterre- of varkenswielen

6.5.6
Het waterwiel of onderwiel

Fig. 6.5.6.1

Het water- of onderwiel

6.5.9
Gietijzeren wielen

Fig. 6.5.9.1

Gietijzeren wiel

Quiz paragraaf 6.6
6.6.2
De band of hoepelvang

Fig. 6.6.2.1

Houten bandvang

Fig. 6.6.2.2

Stalen bandvang

6.6.5
De wijze van ophangen van de gelichte vangbalk

Fig. 6.6.5.2

De achterste hanger met duim

Fig. 6.6.5.3

Achterste hanger met klamp

6.6.6
Het lichten en het opleggen van de vang

Fig. 6.6.6.1

De binnenvangstok van de standerdmolen

Fig. 6.6.6.2

De binnenvangstok van de wipmolen

Fig. 6.6.6.3

De binnenwipstok van de Paltrok

Fig. 6.6.6.4

De vang met een evenaar

Fig. 6.6.6.5

De trommelvang

6.6.8
Het borgen van de vang en het bovenwiel

Fig. 6.6.8.1

De trekvang